Koffiemolen

Wat kun je verwachten van je koffiemolen?

Een goede koffiemolen is de stille kracht achter elke koffiesetup, zeker als je thuis perfecte espresso-shots wilt bereiden. Hier in Amsterdam raden veel specialty-branders je aan om eerst in een goede molen te investeren, nog voordat je je espressomachine upgrade. Als je de maling goed afstelt, ben je al halverwege een heerlijke kop.

In dit artikel kijken we naar de twee belangrijkste parameters die je kunt aanpassen op je koffiemolen—maalgrootte en maaltijd—en hoe je deze in balans brengt om de juiste hoeveelheid koffie (ook wel je “coffee-in” of dose genoemd) te krijgen. We gaan ook in op de rol van de portafiltermaat en geven tips om een constante tampdrukkracht te bereiken.

Maalgrootte en Maaltijd

---

De maalgrootte bepaalt hoe grof of fijn je koffie gemalen wordt. Hoe fijner de maling, hoe langzamer het water door de koffiepuck stroomt tijdens de extractie, en andersom. Tegelijkertijd beïnvloedt de maaltijd (als je molen op tijd is gebaseerd) direct hoeveel gram koffie je in je portafilter krijgt.

• Maalgrootte: Maak je de maling grover, dan krijg je in dezelfde tijd meestal meer gram koffie, omdat de bonen sneller door de maalschijven gaan. Stel je de maling fijner af, dan vertraag je die doorstroom en eindig je met minder gram in dezelfde tijd.
• Maaltijd: Bij molens waarbij je de maaltijd kunt instellen (bijv. 10 seconden, 15 seconden, enz.), betekent een langere maaltijd automatisch meer gemalen koffie. Verkort je de tijd, dan krijg je minder koffie.

De perfecte dosis (je “coffee-in”) vinden is een evenwichtsoefening tussen deze twee factoren. Heb je meer koffie nodig in je portafilter, dan kun je de maling grover zetten of de tijd verlengen—of allebei.

Het balanceren van de parameters

Hieronder een eenvoudige aanpak om mee te beginnen:

1. Kies een startdosis: Voor espresso mikken veel mensen op rond de 18 gram in de portafilter (al kan het variëren van 14g tot 22g, afhankelijk van je voorkeur en de grootte van je basket).
2. Stel de maaltijd in: Pas de timer van je molen aan zodat je ongeveer je beoogde dosis krijgt. Weeg het resultaat op een weegschaal om zeker te zijn.
3. Verfijn de maalgrootte: Heb je iets meer koffie nodig, maar wil je niet te veel aan de timer sleutelen? Probeer dan iets grover te malen. Ga fijner malen als je constant over de gewenste dosis heen gaat.
4. Proef: Zet een shot, proef hem en bepaal of hij over- of onder-geëxtraheerd is. Fijner malen vertraagt de extractie (en kan leiden tot over-extractie als je niet oplet), terwijl grover malen de doorstroom versnelt (waardoor je kunt onder-extraheren).

Herhaal deze stappen tot je een ‘sweet spot’ vindt die zowel bij je smaak als bij de instellingen van je espressomachine past.

Kruve Sifter Six

…

Grinder Calibration

…

Slotgedachten

Je koffiemolen is misschien wel het belangrijkste onderdeel van je espresso-opstelling. Door de maalgrootte en maaltijd te begrijpen en goed af te stemmen, vind je precies de dosis die je nodig hebt voor een heerlijke shot. Denk ook aan de grootte van je portafilter, houd je tampdruk consistent en—het allerbelangrijkste—pas je aanpak aan op basis van smaak.

Als je net begint, neem dan rustig de tijd. Start met een simpele dosis, experimenteer met kleine aanpassingen en let goed op de smaakverschillen. Met wat oefening (en misschien een paar extra espresso’s onderweg) kun je je maling al snel als een pro instellen—helemaal klaar om te genieten van alles wat de Amsterdamse specialty-coffeescene te bieden heeft!

Veel maalplezier en proost namens Grachten Beans!